Het Grote Meerval Handboek Deel 3 (aas)
Bij meervalaas denken we aan het volgende:
1. Aasvissen (levend en dood):
a. Witvis: brasem, voorn, winde, karper, giebel, zeelt, etc.
b. Roofvis: baars, snoekbaars, aal en roofblij
c. Zeevis: harder, makreel, sardien, etc.
2. Andere aassoorten:
a. Wormen
b. Inktvis/ calamares
c. Mossels
d. Orgaanvlees
e. Pellets/boilies
We zullen de verschillende aassoorten en de bijbehorende tactieken stuk voor stuk behandelen en aangeven wanneer je deze gebruikt en hoe. Laten we beginnen met aasvissen.
Aasvissen
Brasem
Brasem is in veel wateren aasvis nummer 1, de reden is simpel; in de meeste wateren is dit de eest voorkomende witvis en de meerval kent dit aas en zal het met vol vertrouwen eten. Daarnaast is een brasem een stevige aasvis (vanaf 20 a 25 cm) en deze zal het lang volhouden onderwater. Door zijn stevige bouw zal een takel deze vis niet snel uit balans brengen en zal hij dus lang natuurlijk blijven bewegen. Probleem van brasem is veelal wel het goed houden buiten het water, de vis heeft veel zuurstof nodig, dus als je ze moet vervoeren moet je altijd een zuurstofpomp moeten gebruiken.
Voorn
Blankvoorn en ruisvoorn zijn ook goede allround aasvissen. Ook hier staan ze dagelijks op het menu van de meerval. Deze aasvissen zijn wat gevoeliger voor zware takels omdat ze dan snel uit balans worden getrokken, maar bij lichtere takels of een enkele haak zijn het top aasvissen.
Winde
Ook een goede aasvis, vooral in stromend water een topper. Ze zijn fel en maken dus veel tumult onderwater wat de meerval niet zal ontgaan. Door het felle zwem gedrag zullen ze iets eerder geneigd zijn de montage in de war te zwemmen, maar in stromend water en mono onderlijnen is dit snel verholpen.
Karper
Een klassieke meerval aasvis welke in Spanje lange tijd aasvis nummer een was, en misschien nog is. Ze zijn erg sterk en houden het dagen vol aan de montage. In Nederland en België zul je alleen geen vrienden maken met de karpervissers, dus terughoudendheid is daarbij aan te raden. Het is wel een felle aasvis welke veel kabaal maakt onderwater, en ook hier zal dat de meerval niet ongemerkt voorbij gaan. Er is nog een maar, kleine karper komt niet veelvuldig voor in onze eigen binnenlandse wateren en rivieren. Hierdoor staat deze zeker niet op zijn dagelijks menu, bekend is dat dit soms kan leiden tot wantrouwen bij de meerval bij het nemen van karper als aasvis.
Voordeel is dat kleinere karpertjes goed thuis te houden zijn in een bak met zuurstof pomp en ook transport is niet al te lastig.
Giebel
Weer een klassieker, de hoofdreden is wel het gemak waarmee deze aasvis te houden en vervoeren is. De giebel kan lang met weinig zuurstof omgaan en dit zorgt er voor dat je deze gemakkelijk in een emmer kan vervoeren over langere tijd, ook bij hoge temperaturen. Daarnaast is het een stevige vis welke lang blijft leven aan de montage. Echter ook nadelen, de giebel komt niet in veel water voor en dat kan leiden tot argwaan bij de meerval. Daarnaast kunnen giebels soms lang muisstil aan de montage hangen waardoor de lokkende werking soms laag is. Buiten deze nadelen, is het toch een topaasvis, vooral aan te raden als back-up in de zomer.
Zeelt
Bijna zonde om aan de haak te hangen, maar wel een goede aasvis. Het is een sterke vis welke al vele meervallen op zijn gevangen, ook hier geld dat ze gemakkelijk te houden en vervoeren zijn. Nu is zeelt niet zomaar even te vangen als aasvis, maar net als de giebel wordt deze veel gekweekt en kan gemakkelijk ingekocht worden.
Het is wel een vis met zacht vlees, hierdoor zal bij gebruik van een takel de lichaam haak nog wel eens loskomen, deze moet je dus goed vastzetten.
Barbeel
Barbeel is in Nederland nog een vissoort welke niet snel aan de haak gehangen zal worden, maar in het buitenland zoals Frankrijk en Italië komt deze vissoort veelvuldig voor en behoord daar tot het dagelijks dieet van onze meerval vrienden. Vooral bij grondmontages zoals de onderwaterdobber is dit soms een top aasvis.
Baars
Een mooie felle en stevige aasvis, waarbij je echt niet bang hoeft te zijn voor de stekels, onze vriend meerval slokt hem zo naar binnen zonder argwaan. Baars komt overal voor en is vaak gemakkelijk te vangen en redelijk goed te houden. De tweede haak van de takel zal wat lastiger in het lijf te haken zijn, maar als die zit komt hij ook niet meer los.
Snoekbaars
Ook hier weer een vis welke velen liever rond zien zwemmen of op het bord. Het is echter een zeer goede aasvis welke naar het schijnt vooral in lastige perioden net dat beetje extra kan bieden. Vooral dicht bij de bodem kan dit een topaas zijn. Let wel op de minimum maat, in vele wateren geldt er een minimum maat welke voor velen misschien aan de grote kant is.
Aal
Ook weer zo’n klassiek meerval aas, zelfs in de oudste artikelen over meerval wordt aal en paling genoemd als het aas voor meerval. Groot voordeel van paling is het gemak waarmee je deze kunt houden en vervoeren. Een klein beetje water in een emmer en een bos paling blijft toch echt wel even goed, als ze maar nat blijven. Maar ook de levendigheid van de aal onderwater trekt meerval aan, dit is tevens het nadeel. In stilstaand water zal een paling je onderlijn zonder probleem hopeloos in de war zwemmen, in stromend water wordt dit al meteen een stuk minder.
In veel wateren, vooral rond meerval kampen in Italië, is de paling toch wel aardig stuk gevist. Hier zal een hoog in het water aangeboden paling meteen argwaan wekken bij de meerval.
Roofblei
Dit is vooral een aasvis voor het buitenland. In veel buitenlandse rivieren wemelt het er van en zijn ze vooral in de volle stroming aangeboden een goede aasvis welke niet snel te groot is.
Harder
Zoals bekend is kunnen harders in het buitenland soms honderden kilometers landinwaarts komen om daar te paaien en/of te azen. De scholen zijn dan vaak zo groot dat de meerval letterlijk zijn bek maar open hoeft te doen en ze zwemmen zo naar binnen. Ik heb eens gezien hoe een forse meerval in Italië na de vangst op de kant zeker 3 a 4 kilo aan dode harders uitspuugde.
Als aas kan harder op zulke momenten een goede keuze zijn, vooral aan het oppervlakte. Voordeel is dat je ze dan vaak niet eens met de hengel hoeft te vangen. Even met de boot lekker ruw door een school varen en ze springen zo aan boord, vergeet je helm niet.
Nadeel is wel dat harders het aan de haak vaak niet heel lang volhouden, regelmatig verversen is dus aan te raden.
Makreel & Sardine
Makreel en sardien zullen we als dode aasvis aan dienen te bieden. De resultaten schijnen wisselend te zijn, en ik hoor veelal meer vangsten van mega grote snoeken op dit aas dan meerval.
Tot zover de aasvissen zelf. Bij het aanhaken van aasvissen is erg belangrijk dat dit goed gebeurt, vooral tijdens het statisch vissen ligt het aas veel uren uit voordat er een aanbeet volgt. Je wilt dan zeker zijn dat de haak of haken op de juiste plek zitten.
Kleine aasvissen
Als we het hebben over kleinere aasvissen spreken we over aasvisjes van 10 tot 20 cm. Deze kleinere aasvissen zijn het best te vissen met een enkele haak, velen gebruiken hiervoor dan ook wel cirkel haken. Dit laatste om te voorkomen dat de haak geslikt wordt en te diep inhaakt. Bij kleine aasvis is het belangrijk een niet te grote haak te gebruiken omdat deze de vis compleet uit balans brengt en veel schade toebrengt waardoor deze snel sterft. Bij een dode aasvis is dit natuurlijk wat minder van belang. Zorg bij kleinere aasvissen ook voor wat subtielere aanbiedingen om ze zo natuurlijk mogelijk over te laten komen.
De haak kan zowel in de neus als in de rug worden geplaatst, en bij de cirkelhaak wordt ook wel een hair montage gebruikt.
Vergis je niet in de vangkracht van dit aas, kleine aasvis staat zeken niet alleen voor kleine meerval. Elk jaar weer worden er werkelijke monster meervallen gevangen aan dit kleine aas.
Middelgrote aasvissen
Bij middelgrote aasvissen moet je denken aan aasvissen van 25 tot 40 cm. Dit zijn zeer gangbare aasafmetingen welke door elke meerval gegeten kunnen worden, ook kleinere meervallen, al zullen de echte kleintjes (<80 cm) er wel vaker valse aanbeten op geven.
Bij deze aasvissen wordt de aasaanbieding al wat robuuster, dit mede omdat deze vissen natuurlijk de nodige kracht hebben en lichtere dobbers met gemak lang onderwater houden en zo nep aanbeten geven.
Deze aasvissen kunnen best met een takel bestaande uit een enkele haak en een dreg gevist worden.
Grote aasvissen
Bij grote aasvissen gaat het om specifiek vissen op het topje van de meerval populatie. Aasvissen van 40 tot wel 60 cm worden hierbij gebruikt, in sommige gevallen zelf aasvissen tot 80 cm. Dit is echter eerder uitzondering dan regel, dressuur en andere omstandigheden kunnen echter voordeel bieden dit aas te gebruiken, je sluit dan wel een flink deel van de meervallen uit van een goede aanbeet.
Bij deze aasgroottes is het niet ongewoonlijk een dubbele takel te gebruiken, dus een enkele haak met twee (grote) dreggen.
Andere aassoorten
Omdat een meerval een alles eter is zijn er ook andere aassoorten welke zeer geschikt zijn. We zullen deze hieronder stuk voor stuk doornemen:
Wormen
Dit zijn in veel gevallen een enorm goede aassoort, en onterecht wordt vaak aangenomen dat dit enkel de kleinere vissen zijn die wormen pakken.
Probleem met wormen is echter dat ze zacht zijn en alle vissoorten er dol op zijn. Ze lang uit laten liggen levert al snel een lege haak op, vooral op of rond de bodem. Maar indien je ze actief aanbied onder een dobber of vanuit de boot met een kwakhoutje zijn ze een topaas.
Het best zijn grote Canadian Crawlers, Dauwwormen en Dendrobena’s, deze zijn zowel bij hengelsport zaken te koop als bij kwekers. Deze wormen zijn stevig en blijven daardoor goed op de haak zitten. Wees niet zuinig met je wormen, zet de haak vooral flink vol. Een goede manier is om de wormen door de dikkere donker gekleurde bovenzijde te prikken, dan blijven ze nog beter zitten en kronkelen ze levendig. Door het trillen en bewegen en de geur lokken de wormen de meerval naar je haak.
Goede technieken voor het vissen met wormen is met het kwakhout, onder een dobber en aan de onderwaterdobber. Ledgering, dus aangeboden op de bodem, kan ook, maar dan moet je wel oppassen dat je haak niet wordt leeggegeten door andere vis of kreeften en krabben. Om deze reden wordt er vaak gebruik gemaakt van enkele reepjes inktvis aan de haak, dit is lekker taai en dan blijft er altijd iets te eten op je haak achter.
Inktvis/ calamares
Inktvis is al sinds lange tijd een bewezen meervalaas. Deze zijn gemakkelijk te verkrijgen in de Aziatische toko’s en zijn ook goedkoop, een kilo pak kost je slechts een euro of 5 en daar zitten heel wat kleinere calamares hele in. Deze zet je dan ook in zijn geheel aan de haak, met tentakels en al.
Ook de grote inktvis wordt wel toegepast, je gebruikt dan geen gehele inktvis, maar enkel de binnenzijde van zijn kop; een witte punt. Beter bekend van het vlees in de inktvisringen, ook lekker maar dan met knoflooksaus en een glaasje wijn. Deze grote variant wordt meestal aan twee haken gemonteerd. Het voordeel van dit aas is dat het lekker stevig en taai is en dus goed op de haak blijft zitten. Vaak wordt aangeraden dit aas even in de zomer zon te laten “rijpen”, zelf heb ik daar geen ervaring mee, maar de extra geur zou de meerval beter aanlokken.
Mossels
Vooral in Rusland en het Oostblok word al heel lang en vaak mosselvlees gebruikt als aas. In het warme zomer water sterven de grote zwanenmossels vaak bij bosjes en drijven ze rond of rollen ze geopend over de bodem. Een welkom maal voor de meerval dus, gewoon verzamelen en aan de haak er mee. Wel even een knijper op je neus doen.
Orgaanvlees/slachtafval
Orgaanvlees of slachtafval mag niet overal toegepast worden, maar het vissen met kippen en stukken varkens/runder hart en stukken lever hebben toch al menig mooie meerval opgeleverd. Ze zijn echter niet altijd even gemakkelijk te vissen omdat ze zacht zijn of worden. De laatste tijd verschijnen er regelmatig verslagen van mensen die kipstukken gebruiken en er mee voeren en vangen. Het werkt dus zeker, maar ervaring hiermee ontbreekt bij ons.
Pellets/boilies
Vele karpervissers zullen al gedacht hebben een record karper te hebben verspeeld, terwijl het in werkelijkheid een mooie meerval was die hun vismeel boilie of pellet had gepakt. Vooral in Spanje is het vissen met pellets een ware rage, hier worden al jaren enorme aantallen meervallen gevangen op de zogenaamde hailbut pellets. Ze worden hier echter ook al vele jaren gevoerd met dit aas (let op, dit gaat over tonnen per jaar) en ze zijn er dan ook goed vertrouwt mee geraakt en flink op gegroeid. Waar deze aasgewenning echter (nog) niet het geval is zal de meerval de pellets en boilies niet altijd meteen zomaar accepteren, voorvoeren kan dan helpen maar het hoeft niet. In Spanje verschilt dit van enkele kilos per hengel per dag tot wel 25 kg per stek, dit laatste is in Nederland echter niet aan te raden. Maar met enkele kilos per dag kun je al een aardige stek opbouwen. Het vissen gaat dan hetzelfde als bij het karpervissen met de pellets aan een hair onder de haak en met een vast of vrijlopend loodsysteem.
Voor zover alle mogelijke aassoorten die jij zou kunnen gebruiken voor het vangen van een meerval. We hopen dat je door dit artikel beter in kunt schatten wanneer je het beste een bepaalde aassoort kunt gebruiken.