Een hete zomerdag
Half augustus waren mijn vriendin en ik een aantal dagen vrij. We wilden gaan kamperen, het liefst in noord-Frankrijk. Even onthaasten dus zo geschiede. Als bestemming Orléans. Ik bij deze keuze rekening gehouden om een dagje te gaan meervallen op de Loire, een voor mij onbekende rivier.
De buurt werd een beetje verkend, het zag er niet al te best uit. Tegenover de camping kon ik de rivier over waden! Daar ging mijn ‘clonk-voornemen’. Via maps heb ik de meest scherpe bocht in de buurt gezocht. Daar aangekomen was de Loire smal, daarom waarschijnlijk diep was mijn gedachte.
De volgende dag was snikheet, veertig graden en weinig wind. Zodiac te water, motor erachter en spullen gedropt op een schiereiland tegenover het smalle stuk. Op het diepste punt in de buitenbocht was het 3.5 meter diep. Het overige water was niet meer dan 1.8 meter- en nog vaker kniediep. Met de feeder vingen we een paar (te kleine) voorntjes. Maar op de karperstok met mais, een prachtig giebeltje.
De volgende dag was snikheet, veertig graden en weinig wind. Zodiac te water, motor erachter en spullen gedropt op een schiereiland tegenover het smalle stuk. Op het diepste punt in de buitenbocht was het 3.5 meter diep. Het overige water was niet meer dan 1.8 meter- en nog vaker kniediep. Met de feeder vingen we een paar (te kleine) voorntjes. Maar op de karperstok met mais, een prachtig giebeltje.
Plannen voor de avond werden gesmeed. Kwakhout ging hem niet worden, te ondiep en waar het dieper was een te snelle stroming. Een boei dan maar, dit is en blijft mijn favoriete techniek. De boei werd in de volle stroming gelegd. Met de breeklijn kwam de giebel (Owner door de lip, dreg achter dorsaalvin), precies buiten de hoofdstroom te liggen. Dauwpieren in eerste instantie bestemd voor het kloppen, werden aan een dreg icm onderwaterdobber geregen. In de volle stroom. Bootje tussen beide hengels het aas lag ver, dus weinig lijn op de spoel.
Na een uurtje werd de giebel onrustig en zag ik een kolk bij de boei. Onzeker, toch sterk vermoedend naar mijn hengels gelopen. Het belletje rinkelde lichtjes door het deinen van de top. Die kolk kon toch niet van de giebel zijn! Na vijf minuten stond de hengel te tikken en werd mijn vermoeden bevestigd. Wachten tot de breeklijn breekt 1, 2, 3, het leek wel een eeuwigheid. Toch maar aanslaan, ja hoor hangen. Omdat de breeklijn niet brak dacht ik dat het om een kleintje ging. Totdat de vis het op de stuipen kreeg, de breeklijn toch doorbrak en de vis een dikke run nam. Na een kwartiertje knokken kon ik hem omarmen. Mijn vriendin maakte een paar foto’s voordat we hem weer terug zetten.
Ik ben er nu wel achter dat het eenmaal op je bestemming, heel anders uit kan pakken dan hoe je het thuis bedenkt. Ik denk dat je een hoop kunt bereiken als je inspeelt op de omstandigheden van dat moment. Dat ze er zitten (zwemmen) is de enige zekerheid die je vaak hebt
Toen we in het donker terug voeren naar de auto, zagen we in het schijnsel van de lamp vele vissen in het ondiepe water. Hieronder zaten een aantal kleine meervalletjes. Het was een prachtig gezicht ze zo eens te kunnen observeren.
Gerben
Toen we in het donker terug voeren naar de auto, zagen we in het schijnsel van de lamp vele vissen in het ondiepe water. Hieronder zaten een aantal kleine meervalletjes. Het was een prachtig gezicht ze zo eens te kunnen observeren.
Gerben
maandag 26 november 2012